Het begin van het Rampjaar 1672 in de resoluties van de Staten-Generaal
Femke Gordijn
Vandaag precies 350 jaar geleden, op 23 maart 1672, werd een eskader van Nederlandse handelsschepen op het Kanaal aangehouden en beschoten door Engelse oorlogsschepen. Op 27 maart verklaarde de Koning van Engeland de oorlog aan de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Deze gebeurtenis wordt ook wel gezien als het begin van het Rampjaar 1672.
De resoluties, of de dagelijkse besluiten, van de Staten-Generaal vormen een interessante bron om te onderzoeken hoe er vanuit de Republiek van bovenaf op de aanval van de Engelsen werd gereageerd. Immers werd er door de gedeputeerden zes keer per week gedelibereerd over zaken die het landsbelang raakten, waar een (dreigende) oorlog een goed voorbeeld van is.
Over de Engelse aanval werd twee dagen na de gebeurtenis (op 25 maart) vergaderd. Brieven afkomstig van het Admiraliteitscollege in Zeeland informeerden de heren over de acties van de Engelse oorlogsschepen. Er werd direct besloten om de verkregen informatie door te spelen aan de Heren Meerman en Boreel, de ambassadeurs die namens de Staten-Generaal in Engeland aanwezig waren. Zij kregen het bevel om uit te zoeken wat de stand van zaken precies was. Als het nieuws over de aanval waar zou zijn, was er immers sprake van ‘groot ende evident ongelijck dat desen Staet in hare ingesetenen door soodanige Vijantlicke aggressien [was] aangedaen’. Toch werd ook uitdrukkelijk benadrukt dat de Staten-Generaal nog steeds de intentie hadden om de ‘goede en vertrouwde vriendschap’ met de Engelse koning te cultiveren en de bestaande tractaten te onderhouden. De Ambassadeurs moesten wél in alle ernst verzoeken om de gedupeerde schepen te laten gaan en de eigenaren schadeloos te stellen. Daarnaast werd er benadrukt dat het de bedoeling was dat de aanvallers bestraft werden.
Waar bovengenoemd besluit is opgenomen in de ‘ordinaris resoluties’ van de Staten-Generaal, laat een geheim besluit over de aanval, wederom genomen op 25 maart, een ander beeld zien van de situatie. Ook hier werd beschreven dat ‘Schepen der Ingestenen vijantlijck aangetast waren door oorlogsschepen van Engeland’. Echter werd er hier niet over een diplomatieke houding gesproken. De ernst van de zaak werd duidelijk gemaakt met het besluit dat de Nederlandse vloot met ‘allen spoet en meest doenlijcke ijver over dagh en naght, sonder eenigh moment te versuijmen’ gereed moest worden gemaakt en naar zee moest worden gezonden. De haast hierbij blijkt uit de toevoeging dat de schepen die al gereed waren niet mochten wachten op schepen die nog klaargemaakt moesten worden. Ook moesten er dringend matrozen worden geworven. Michiel de Ruyter werd hierbij verantwoordelijk gesteld voor de uitvoering van deze orders bij de Admiraliteitscolleges in Holland en Westvriesland, Adriaen Banckert voor de Admiraliteit Zeeland en Hans Willem van Aylva voor Friesland. Zij moesten controleren of de orders van de Staten-Generaal goed werden uitgevoerd en waren verantwoordelijk voor de verdere berichtgeving.
Bovengenoemde besluiten laten niet alleen de reactie van de Staten-Generaal op de Engelse aanval in het Kanaal zien; het verschil in toon en inhoud tussen de ordinaris resolutie en de secrete resolutie demonstreert dat het van belang is om de verschillen tussen de twee ‘soorten’ besluiten in acht te nemen. Deze verschillen kunnen, in ieder geval deels, verklaard worden door het risico op openbaarmaking van de resoluties. In de vroegmoderne tijd lekte er geregeld informatie van de Staten-Generaal uit. Bepaalde (gevoelige) besluiten, zoals in dit geval de haastige mobilisering van de vloot, werden daarom opgenomen in de geheime resoluties. Binnen het project REPUBLIC worden momenteel zowel de ordinaris als secrete resoluties van de Staten-Generaal tussen 1576 en 1796 digitaal ontsloten. Hierdoor zullen in de toekomst de verschillen tussen de twee soorten besluiten op een toegankelijke wijze onderzocht kunnen worden.
De gebeurtenis op het Kanaal in maart was slechts het begin van het Rampjaar. Gedurende 1672 werd de Republiek niet alleen aangevallen door Engeland, maar ook door Frankrijk en de bisdommen Keulen en Munster. In 2022 wordt het Rampjaar uitgebreid herdacht, dus houd onze website en social media in de gaten voor meer informatie over de rol van de Staten-Generaal binnen deze belangrijke gebeurtenis in de Nederlandse geschiedenis